archief / downloads

(Slot)beschouwing: Gezonde verdichting 5/5

Het recht op een gezonde en groene stad

Architecten en ontwikkelaars hanteren met verve het groene potlood. Plannen voor stedelijke projecten worden steevats geïllustreerd met bomen, vogels, struiken, een volkstuin en af en toe een joggend stel. De praktijk leert echter dat veel groene ambities stranden. Groen is een forse kostenpost, zowel in de ontwikkelfase als tijdens het beheer. Tegelijk vergt de toepassing en ontwikkeling van stedelijk groen ook veel specialistische, ecologische kennis. Op maandag 17 april spraken ecologen Robbert Snep en Gijs Meijer over de vraag hoe verdichting én een natuurlijke, leefbare stad samen kunnen gaan.

 

Afbeelding: vernieuwing Winkelcentrum Woensel, West8

Ecoloog en onderzoeker Robbert Snep wees er nog maar keer op: de mens heeft zich gedurende de evolutie ontwikkeld in een ‘natuurlijke omgeving’. Pas zo’n 7600 jaar geleden ging de mens in stedelijke nederzettingen wonen. Inmiddels woont meer dan de helft van de wereldbevolking in steden. Het is dus ook niet zo gek dat dat groene omgevingen door de mens als ideaal worden ervaren en fundamenteel zijn voor een gezond leven, zowel in fysiek, mentaal en als sociaal opzicht.

Groen – natuur – speelt dan ook al heel lang een belangrijke rol in de stedelijke ontwikkeling. Ook in Eindhoven, waar al meer dan honderd jaar aandacht is voor parkaanleg en robuuste, groene structuren als integraal onderdeel van stedelijke planning. Hoofd van de Dienst gemeentewerken Gerard Kools (1892-1961) plande in 1922 al zo’n 120 hectare aan groenvoorzieningen in Groot-Eindhoven met het oog op de vorming van ‘een gezonde, mooie en praktisch aangelegde industriestad.’ Die aandacht resulteerde uiteindelijk in drie belangrijke groene zones (wiggen) die vanuit het buitengebied tot diep in het centrum doordringen.

Groen en stadsnatuur worden voor de huidige stedelijke ontwikkeling steeds belangrijker. Daarvoor gaf Snep tal van argumenten. In de eerste plaats draagt groen bij aan ons welbevinden, maar nog een belangrijke reden om groen in de stad serieus te nemen is de klimaatverandering. Hierdoor wordt het niet alleen steeds heter in steden, ook de duur van de warme periodes neemt toe. Daarom is verkoeling, bijvoorbeeld door de nabijheid van groene zones, cruciaal en juist daarop scoren steden als Eindhoven slecht. De afstand naar een ‘koele’ plek wordt groter. Onderzoeken tonen ook aan dat een natuurbeleving cruciaal is voor de ‘gezonde’ ontwikkeling van een jonge generatie. De schaduwkant is echter dat die jonge generatie – door de steeds verdergaande urbanisatie – steeds minder vaak met natuur in aanraking komt.

Een ander belangrijk aandachtspunt is kennisontwikkeling en – uitwisseling. Het is niet zo makkelijk om op een goede manier gezonde en natuurinclusieve leefomgevingen te ontwerpen waarbij er bewust ruimte voor biodiversiteit wordt gecreëerd. Dit vergt inzicht in de behoefte van dieren en planten in een stedelijke omgeving. Het zo maar toevoegen van nestkasten heeft bijvoorbeeld weinig zin als er bijvoorbeeld in de buurt te weinig voedsel voorhanden is. Daarom is een integrale aanpak van belang, zoals Gijs Meijer stelde. Gelukkig neemt de kennis op het gebied van natuurlinclusief bouwen de laatste jaren toe en worden er ook steeds vaker ecologen ingezet bij gebiedsontwikkeling. En, dat heeft ook al tot tal van inspirerende projecten geleid, zoals beide sprekers lieten zien.

 

Afbeelding: het groene dak van het gemeentehuis van Chicago. 

Dat is een hoopvolle trend, maar deze staat in schril contrast met de dagelijkse praktijk van stedelijke ontwikkeling. Ondanks de evidente baten van groen stranden de groene ambities in de op neoliberale leest geschoeide projectontwikkeling. Bij aanbestedingen zijn de voorwaarden voor groen onvoldoende geborgd. Gevolg: groen wordt een kostenpost en op kostenposten wordt bezuinigd, zeker nu ook de bouwkosten stijgen. Van de hoge groenambities blijft er aan het einde van het proces alleen nog maar een soort decoratief groen over, dat nauwelijks impact heeft.

Het is dus moeilijk – zo niet onmogelijk – om groen en gezondheid stevig te verankeren in de financieel gestuurde praktijk van projectontwikkeling. De overheid kan kaders stellen en verscherpen, maar dat lijkt onvoldoende. Nu de neoliberale grondhouding zoals die de afgelopen decennia in tal van belangrijke maatschappelijke sectoren tot een enorme crisis heeft geleid is er een herbezinning nodig op de rol en positie van de overheid.

De roep om verandering klinkt steeds luider. Het is wellicht daarom goed om er op te wijzen dat  gezondheid en groen niet alleen steeds belangrijker en urgenter worden bij stedelijke ontwikkeling, ze zijn feitelijk ook een grondrecht (artikel 22 van de Nederlandse Grondwet). Dit werpt de fundamentele vraag op hoe dit grondrecht kan worden geborgd in een – hoofdzakelijk – commercieel gedreven ruimtelijke ontwikkeling…

De vijfde bijeenkomst in de serie ‘Gezonde verdichting’ vond plaats op maandag 17 april 2023 in Natlab. Gastprogrammaker: Violette Schönberger. Gasten: Robbert Snep (senior onderzoeker Groene Steden Wageningen University & Research) en Gijs Meijer (consultant biodiversiteit bij Sweco). Slotbeschouwing: René Erven.

 

Referenties:

René Erven, ‘Eindhoven de groenste…’, Architectuurcentrum Eindhoven.

Gemeente Eindhoven, Groenbeleidsplan, Eindhoven 2018.

Chicago’s City Hall Rooftop Garden.

Artikel 22 Nederlandse Grondwet: 1. De overheid treft maatregelen ter bevordering van de volksgezondheid; 2. Bevordering van voldoende woongelegenheid is voorwerp van zorg der overheid. 3; Zij schept voorwaarden voor maatschappelijke en culturele ontplooiing en voor vrijetijdsbesteding.

De presentaties van de gastsprekers, met tal van referenties naar onderzoeken en websites, zijn op te vragen via Architectuurcentrum Eindhoven.

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief en ontvang het laatste nieuws in je inbox